Welk laadvermogen hebben bussen nodig?

Elektrische bussen hebben verschillende laadvermogenvereisten afhankelijk van hun type en gebruik. Stadsbussen hebben meestal 150-300 kW laadvermogen nodig, terwijl touringcars tot 450 kW kunnen vereisen. Het juiste laadvermogen bepaalt hoe snel je busvloot operationeel blijft en beïnvloedt direct je bedrijfsefficiëntie en kosten.

Wat is laadvermogen en waarom is het belangrijk voor bussen?

Laadvermogen is de snelheid waarmee een laadstation energie aan een batterij kan leveren, uitgedrukt in kilowatt (kW). Voor bussen bepaalt dit hoe lang ze stilstaan voor het laden en dus hoe efficiënt je dienstverlening verloopt.

Er zijn twee hoofdtypes laden: AC (wisselstroom) en DC (gelijkstroom). AC laden werkt meestal tot 22 kW en is geschikt voor nachtelijk laden in depots. DC snelladen biedt vermogen van 50 kW tot wel 720 kW voor ultrasnelle oplaadmomenten tijdens de dag.

Het juiste laadvermogen zorgt ervoor dat je bussen op schema blijven rijden. Te laag vermogen betekent langere laadtijden en mogelijk gemiste ritten. Te hoog vermogen kan onnodig duur zijn als je de extra snelheid niet nodig hebt voor je operaties.

Batterijen laden het snelst tussen 20% en 70-80% capaciteit. Buiten dit bereik vertraagt de laadsnelheid automatisch, wat je planning beïnvloedt. Ook temperatuur speelt een rol: koude batterijen laden langzamer dan warme.

Hoeveel laadvermogen hebben verschillende soorten bussen nodig?

Stadsbussen hebben meestal 150-300 kW laadvermogen nodig voor efficiënte dagelijkse operaties. Hun frequente stops en voorspelbare routes maken tussentijds snelladen mogelijk tijdens pauzes van 10-20 minuten.

Touringcars vereisen vaak 300-450 kW laadvermogen vanwege hun grote batterijcapaciteit en lange afstanden. Ze hebben minder laadmogelijkheden onderweg, dus elke laadstop moet maximaal benut worden.

Schoolbussen kunnen vaak volstaan met 100-200 kW laadvermogen. Hun vaste schema’s met pauzes tussen ochtend- en middagritten bieden meer flexibiliteit voor laden.

De benodigde vermogen hangt af van verschillende factoren:

• Batterijcapaciteit van de bus (meestal 200-600 kWh)
• Dagelijkse rijafstand en gebruikspatronen
• Beschikbare laadtijd tussen ritten
• Seizoensgebonden energieverbruik (verwarming/airco)
• Terreintype en rijstijl (stadsverkeer vs snelweg)

Wat is het verschil tussen AC en DC laden voor bussen?

AC laden gebruikt wisselstroom en werkt meestal tussen 11-22 kW vermogen. Dit is ideaal voor nachtelijk laden in het depot, waar bussen 8-12 uur stilstaan. De laadkosten zijn lager, maar de laadtijd is lang.

DC snelladen levert gelijkstroom rechtstreeks aan de batterij met vermogen van 50 kW tot 720 kW. Dit maakt tussentijds laden mogelijk: in 15-30 minuten kun je voldoende energie bijladen voor de volgende rit.

Voor busoperaties combineer je meestal beide methoden. AC laden ’s nachts zorgt voor een volle batterij aan het begin van de dag. DC snelladen tijdens pauzes houdt de bus operationeel zonder lange stilstandtijden.

De keuze hangt af van je operationele model:

• Depot-based laden: AC laden tijdens rust, lagere kosten
• Opportunity charging: DC snelladen onderweg, meer flexibiliteit
• Hybride aanpak: Combinatie voor optimale efficiëntie

DC laden vereist wel een zwaardere netaansluiting en hogere investeringskosten, maar biedt meer operationele flexibiliteit.

Hoe kies je het juiste laadvermogen voor jouw busvloot?

Begin met het analyseren van je routes en tijdschema’s. Bereken hoeveel energie elke bus per dag verbruikt en wanneer er laadmogelijkheden zijn. Dit bepaalt of je voornamelijk AC laden, DC snelladen of een combinatie nodig hebt.

Overweeg deze factoren bij je keuze:

Operationele vereisten

• Rijtijden en pauzes tussen diensten
• Totale dagelijkse kilometers per bus
• Beschikbaarheid van depot voor nachtelijk laden
• Seizoenspieken in energieverbruik

Financiële overwegingen

• Investeringskosten voor laadinfrastructuur
• Operationele kosten per kWh
• Netaansluitingskosten en capaciteit
• Mogelijke subsidies voor duurzame mobiliteit

Voor de meeste busvloten werkt een hybride strategie het beste: basisvermogen van 150-200 kW voor regulier gebruik, met enkele ultrasnelle laadpunten van 300+ kW voor noodsituaties of drukke periodes.

Test altijd met een pilotproject voordat je de volledige vloot omschakelt. Dit helpt je de praktische laadvereisten te begrijpen en je infrastructuur te optimaliseren.

Het kiezen van het juiste laadvermogen voor bussen vereist een goede balans tussen operationele behoeften en kosten. Door je routes, schema’s en budgetmogelijkheden zorgvuldig te analyseren, kun je een laadstrategie ontwikkelen die je busvloot efficiënt houdt. Bij Sparki begrijpen we deze uitdagingen en bieden we ultrasnelle laadoplossingen op verschillende locaties die perfect aansluiten bij de behoeften van professionele busoperators.